Groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong
Hoe het mechanisme van groenestroomcertificaten in België werkt en meer in het algemeen hoe garanties van oorsprong in Europa werken.
Wat is een groenestroomcertificaat ?
Een groenestroomcertificaat (GSC) is een verhandelbaar ‘bewijs’ dat door de Belgische overheid wordt uitgegeven voor elke eenheid elektriciteit die uit hernieuwbare energiebronnen wordt geproduceerd. Het wordt gebruikt om te certificeren dat deze elektriciteit op duurzame wijze is geproduceerd en aan bepaalde milieunormen voldoet. Dit mechanisme is nodig omdat groene elektriciteit en elektriciteit uit fossiele brandstoffen, eenmaal in het net geïnjecteerd, niet meer te onderscheiden zijn.
In Wallonië bestaat er slechts één categorie van groene certificaten. In Vlaanderen wordt er een verschil gemaakt tussen elektriciteit uit hernieuwbare energie en uit warmte-krachtkoppeling. De certificaten worden respectievelijk groenestroomcertificaten (GSC) en warmte-krachtkoppeling certificaten (WKK) genoemd voor de respectievelijke categoriën. Ze hebben verschillende prijzen en voldoen aan iets andere regels in het bijzonder op het gebied van de quota.
Hoe werkt het mechanisme van de groenestroomcertificaten ?
Groenestroomcertificaten worden gebruikt om de ontwikkeling van de productie van groene elektriciteit aan te moedigen door de producenten een financiële steunregeling aan te bieden. Als eerste stap moet de producent een certificaat verkrijgen waaruit blijkt dat zijn elektriciteitsproductie afkomstig is van hernieuwbare energiebronnen. Eenmaal gecertificeerd kan de producent groene certificaten aanvragen voor elke geproduceerde MWh. Het is belangrijk op te merken dat elk gewest zijn eigen regels en voorschriften ter zake heeft, hoewel ze allemaal op hetzelfde systeem gebaseerd zijn. De GSC’s worden respectievelijk uitgegeven door de SPW in Wallonië, door Brugel in Brussel en door de VREG in Vlaanderen.
Zodra de GSC’s in hun bezit zijn, moeten de producenten kiezen om ze te verkopen, hetzij aan de distributiesysteembeheerder (DNB) van het betrokken gebied als het gaat om de aankoopgarantie, hetzij aan een energieleverancier die in België actief is. Beide soorten actoren zijn verplicht een bepaald aantal GSC’s per periode te kopen om de door de regulatoren vastgestelde quota te bereiken, afhankelijk van het leveringsvolume.
Aan het einde van de cyclus gaan de betrokken leveranciers of de DNB over tot de fase van de “quota-afkoop” bij de regulator, zodat deze kunnen worden geannuleerd.
Werking garanties van oorsprong-systeem.
Vergelijkbaar met het mechanisme van groenestroomcertificaten is een garantie van oorsprong (GvO) een instrument dat wordt gebruikt om de productie van hernieuwbare energie in Europa aan te moedigen. Een GvO is dus het Europese wettelijke bewijs dat een MWh elektriciteit uit hernieuwbare energie is geproduceerd.
Net als GSC’s worden garanties van oorsprong door producenten verkocht aan leveranciers. De leverancier die een groenestroomcontract aanbiedt, verplicht zich er dus toe dat de hoeveelheid geleverde elektriciteit door de productie van hernieuwbare elektriciteit wordt gedekt. Ze worden vervolgens teruggestuurd en “geannuleerd” via het Europese platform AIB (Association of Issuing Bodies).
Er bestaat in Europa een markt voor garanties van oorsprong. Het elektronische certificaat kan dan op deze markt worden verhandeld en de prijs ervan zal afhangen van vraag en aanbod op de markt. In tegenstelling tot groenestroomcertificaten zijn er ook GvO’s opgezet voor de productie van groen gas.